Het ringen

Kerkuilpull op ringboekje

Waarom worden de vogels geringd? Het voordeel van het ringen is dat je de vogels individueel kan volgen, de verspreiding in kaart kan brengen, de leeftijd, de paarvorming en plaatstrouw kan vaststellen en meer.
En zo kan je de populatie van bijvoorbeeld de kerkuilen
in Flevoland volgen. Bij het ringen kan men tevens de biometrische gegevens van de vogel documenteren.
Vleugellengte en gewicht zijn de meest voorkomende metingen die verricht worden en ook de leeftijd wordt bepaald.
De ringen komen van het Vogeltrekstation in Heteren.
Het ringen van de vogels word verricht door vrijwillige medewerkers van de Ringcentrale. Op elke ring staat een
uniek nummer, de naam van het ringstation en meestal het land van herkomst. Voor Nederland bijvoorbeeld:
Vogeltrekstation Arnhem-Holland 5.300.679,
of
voor Duitsland: Helgoland-Germania 4223159,
of voor België: Museum SC. Nat. Bruxelles 4  H-60578, etc.

Ringenvan kerkuilpull Pull na ringen

Met het meten van de vleugels bij de jonge kerkuilen kun je de leeftijd vaststellen, aan het gewicht kun je zien of de jongen genoeg gegeten hebben en of ze op het gewicht zijn wat bij hun leeftijd gebruikelijk is.
Zo heeft een kerkuilenpull van één week gemiddeld een vleugellengte van 22,6 mm. en weegt gemiddeld 52,3 gram,
een kerkuilenpull van twee weken heeft gemiddeld een vleugellengte van 42,2 mm. en weegt gemiddeld 142,5 gram en
een kerkuilenpull van zes weken heeft een gemiddelde vleugellengte van 193,5 mm. en weegt gemiddeld 332,5 gram.
(Vleugellengtes en gewichten uit tabel van Johan de Jong)

Allan Liosi  (Stichting Kerkuilenwerkgroep Flevoland)                                                     Almere, 09.01.2005